In de energietransitie naar 2030 en 2050 stuurt het kabinet op één enkelvoudig doel: het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen (‘sturen op CO2-reductie’). Deze transitie is ingegeven door internationale afspraken (het klimaatakkoord van Parijs) en door nationale afspraken (de reductie van de gaswinning). De klimaatwet die daar recent bij is gekomen onderstreept deze doelen en zet een stip op de horizon.
In 2015 concludeerde de Rli dat de transitie in de gebouwde omgeving relatief snel zou kunnen verlopen, omdat er technisch al veel mogelijk is en we hier minder afhankelijk zijn van internationaal beleid en internationale concurrentie. Toch wordt er nog altijd beperkt voortgang geboekt. De energietransitie in de gebouwde omgeving blijkt weerbarstig en complex. Dit vormt in combinatie met de gewenste versnelling de aanleiding voor dit adviestraject. De adviesvraag luidt:
Welke maatregelen moet de overheid treffen om te zorgen dat alle partijen zich kunnen en willen inzetten voor een voortvarende transitie naar CO2-arme warmtevoorziening in de gebouwde omgeving? Welke maatregelen kunnen de bereidheid en eigen inzet van eigenaren en gebruikers stimuleren? Welke aanvullende financiële maatregelen en welke afspraken over de rol en verantwoordelijkheden van overheden zijn nodig om de doelen uit het regeerakkoord voor 2030 en 2050 te halen?
De raad verwacht het advies eind 2018 uit te brengen.
Lees de ‘Agenda voor het Rli-advies: CO2-arme warmte in de gebouwde omgeving’
Lees meer over het advies 'CO2-arme warmte in de gebouwde omgeving'
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Folmer de Haan, projectleider, e-mail: f.w.dehaan@rli.nl tel. 06 46152496