Rijk en regio moeten krachten bundelen in Europa

Europees leefomgevingsbeleid werkt door tot in de regio. In de regio worden Europese regels vertaald in concrete plannen die de burger raken. Europees beleid heeft bijgedragen aan een gezondere en veiligere leefomgeving, maar de Europese regels geven nog te vaak spanningen in de uitvoering. De Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) vindt het nodig dat het Rijk en de decentrale overheden slimmer samenwerken in Europa. De raad wijst erop dat Nederland vroeg in de  Europese besluitvorming meer invloed kan uitoefenen om te zorgen voor beter uitvoerbaar beleid. Dit staat in het advies ‘Ruimte voor de regio in Europees beleid’, dat de Rli op 21 september 2015 aan minister Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu heeft aangeboden.

Spanningen tussen Europees beleid en de uitvoering in de regio

Europees omgevingsbeleid komt tot stand in een complex speelveld. Het Rijk is daarin de formele onderhandelingspartner maar veel bevoegdheden liggen op decentraal niveau. Dat geeft spanningen in het samenspel tussen de bestuurlijke niveaus. Regionale spelers worden vaak pas geconfronteerd met de consequenties van Europees beleid als zij daarop geen invloed meer kunnen uitoefenen. Europees en nationaal beleid hebben in het algemeen een sectorale insteek terwijl op regionaal niveau juist een afweging tussen zeer uiteenlopende beleidsclaims plaatsvindt. Europa kiest bovendien vaak voor regulering en normering, terwijl in Nederland steeds meer behoefte is ontstaan aan zachtere sturingsinstrumenten. In Nederland bestaat daarnaast ook een vertekend beeld van wat ‘moet’ van Europa. Nederland koos zelf om sommige Europese richtlijnen dwingender om te zetten in nationale wetgeving dan door Europa werd vereist. Politici zijn soms geneigd om afstand te nemen van het resultaat van onderhandelingen op Europees niveau. Het draagvlak voor Europees beleid en regelgeving komt zo onder druk te staan. Het Rijk moet transparant zijn in de communicatie over de bereikte resultaten.  

Samen optrekken om invloed te vergroten

Rijk, regio en samenleving hebben meer invloed op de Europese beleidsontwikkeling als zij beter met de spanningen leren omgaan en het spel goed leren spelen. Nu is die samenwerking onvoldoende effectief. De invloed van Nederland op de Europese besluitvorming kan worden vergroot als Rijk en regio bijtijds samen optrekken, vanuit een gedeelde visie en strategie op de belangrijke vraagstukken in het leefomgevingsbeleid. Een vroegtijdige inbreng van ervaring en expertise uit de uitvoeringspraktijk voorkomt problemen.

Flexibiliteit en experimenteerruimte

Zowel bij de voorbereiding van Europees beleid en regelgeving als bij de omzetting naar nationale wetgeving moeten de mogelijkheden benut worden om ruimte voor maatwerk zeker te stellen. Verschillen tussen regio’s maken dat er in de uitvoering behoefte is aan regionaal maatwerk. Voor bijvoorbeeld de Randstad zullen namelijk andere inhoudelijke keuzes en aansturing nodig zijn dan voor een grensregio. Door te sturen op doelen, niet op middelen en door experimenten toe te staan, wordt regionaal maatwerk mogelijk. De controle en verantwoording van de besteding van Europese middelen mag geen doel op zich zijn.

Noot voor de redactie

Voor meer informatie over het advies kunt u contact opnemen met Hannah Koutstaal, projectleider 06 11797505, hannah.koutstaal@rli.nl of Miep Eisner, communicatieadviseur, miep.eisner@rli 06 15369339.