Beter bestuur en beheer van de waddenzee nodig

Het kabinet moet de natuur in en rond de Waddenzee actiever gaan beschermen. Daartoe is het nodig dat de minister voor natuurbescherming verantwoordelijk wordt voor het Waddenzeebeleid en dat de gemeenten en provincies in het Waddengebied gezamenlijk de natuur gaan beheren. De huidige werkwijze, waarbij Rijk, provincies en gemeenten gezamenlijk overleggen over de Waddenzee, zonder duidelijk bevoegd gezag dat eindverantwoordelijkheid draagt, leidt tot een inconsistent en een ad hoc-beleid. Dat is niet in het belang van de Waddenzee. 

Dat stellen de Raad voor de Wadden en de Raad voor het openbaar bestuur in het gezamenlijke advies, “Natuurlijk Gezag”, dat vandaag aan minister Dekker van VROM is aangeboden. Eerder, in 2004, had de commissie-Meijer de bestuurlijke organisatie voor de Waddenzee als een belangrijke oorzaak van de problematiek in het gebied genoemd. De beide raden constateren in hun advies dat de Waddenzee nog wordt beheerd als een ruimtelijk ordeningsgebied. Economische, ruimtelijke, recreatieve en milieubelangen worden in het beleid vrij tegen elkaar afgewogen. Europese richtlijnen en de nieuwe Natuurbeschermingswet stellen echter voor de Waddenzee het natuurbelang boven andere belangen: activiteiten in het gebied zijn alleen toegestaan wanneer die de natuur niet schaden. De bestuurlijke organisatie is echter nog ingericht volgens de principes van de ruimtelijke ordening en moet daarom dringend worden veranderd, aldus de Raden.

De Waddenzee wordt nu niet systematisch beheerd en beschermd. Een groot deel van het bestaande beheer kan bovendien niet beschouwd worden als natuurbeheer. Verder ontbreekt samenhang in de activiteiten die op de Waddenzee plaatsvinden. Overheidsinstanties die actief zijn in de Waddenzee kunnen zonder onderlinge afstemming hun werkzaamheden uitvoeren. Geen enkel bestuur is eindverantwoordelijk voor de natuur van de Waddenzee.

De Raden pleiten daarom voor oprichting van één natuurbeheersorganisatie. Deze organisatie zal in opdracht van een nieuw regionaal bestuur, samengesteld uit de gemeenten en provincies in het Waddengebied, de natuur moeten beheren en beschermen.

Het regionale bestuur moet voldoende bevoegdheden van het Rijk krijgen om de natuur te beheren en te beschermen en om in te kunnen grijpen wanneer activiteiten plaatsvinden die de natuur schaden. Dit bestuur moet opereren binnen de juridische en politieke kaders die door het Rijk worden vastgelegd. Het wettelijke kader daarvoor is al beschikbaar: de Natuurbeschermingswet. In het nationale Natuurbeleidsplan, dat door de Natuurbeschermingswet wordt voorgeschreven, kan een apart deel worden opgenomen over het complete beleid voor de Waddenzee.

Met het centraal stellen van natuurbescherming en niet de ruimtelijke ordening ligt het  voor de hand om de minister voor natuurbescherming, de huidige minister van LNV, de verantwoordelijkheid te geven voor het Waddenzeebeleid. Nu valt dit beleid nog onder de minister van VROM.

De Raden stellen dat dit nieuwe bestuurlijke model nodig is om een strategisch beleid met visie voor de langere termijn voor de Waddenzee te ontwikkelen en om de natuur effectief te kunnen beschermen.