In het advies 'Behoud de meerderheid…' geeft de Raad aan dat er goede redenen zijn om over te gaan tot het naar de beurs brengen door de overheid van een minderheidsbelang in de N.V. Luchthaven Schiphol.
Tegelijk met het advies 'Behoud de meerderheid...' is het bijbehorende rapport 'Privatisering Schiphol' verschenen. Gezamenlijk vormen de documenten een reactie op het kabinetsvoornemen tot privatisering van een minderheidsaandeel van de N.V. Luchthaven Schiphol (NVLS) van 9 juli 2004.
In het advies beoordeelt de Raad in hoeverre het kabinetsvoornemen een minderheidsbelang in de N.V. Luchthaven Schiphol (NVLS) te vervreemden de publieke belangen die daarbij een rol spelen beïnvloedt.
De ontwikkelingen in de internationale luchtvaart maken een gedeeltelijke privatisering van de luchthaven gewenst en op termijn onontkoombaar. De Raad adviseert het kabinet echter ook op termijn een meerderheid in Schiphol te behouden.
De meeste publieke belangen zijn met wet- en regelgeving goed te borgen. Bescherming van het publieke mainportbelang met wet- en regelgeving is volgens de Raad echter niet afdoende. In noodgevallen moet de overheid het aandeelhouderschap kunnen gebruiken om het mainportbelang veilig te stellen. Behoud van een meerderheidsaandeel beschermt de luchthaven tevens tegen vijandige overnames. Het intrekken van de exploitatievergunning als de exploitant het mainportbelang in gevaar brengt is volgens de Raad geen optie. Dit middel zal immers niet zonder grote bijkomende schade kunnen worden ingezet. Intrekking van de exploitatievergunning is dus een (te) bot wapen.
De Raad geeft in zijn advies voorts nog een aantal aanvullende adviezen.
Reacties en publiciteit
De Staatssecretaris geeft in haar reactie aan dat het kabinetsvoornemen het naar de beurs brengen van een minderheid van de aandelen betreft. Of op langere termijn een verdergaande beursgang moet worden overwogen is nu niet aan de orde.
Het kabinet onderschrijft de stelling van de Raad dat via wet- en regelgeving het mainportbelang opgevat als netwerkkwaliteit niet (voldoende) geborgd kan worden. Ook het aandeelhouderschap is geen garantie voor behoud van de netwerkkwaliteit volgens het kabinet. De netwerkkwaliteit is namelijk niet in de eerste plaats afhankelijk van de luchthaven maar meer van de luchtvaartmaatschappijen samen met de andere spelers. Het publiek belang waar de luchthaven op aangesproken wordt is “continuïteit van de luchthaven als vitale schakel in de mainport”.
De intrekbaarheid van de exploitatievergunning is volgens het kabinet het sluitstuk van een reeks van bevoegdheden om verwaarlozing van het mainportbelang te voorkomen. Informatieplicht en aanwijzingsbevoegdheid moeten toepassing van de intrekking onnodig maken. Van de dreiging van een intrekking van de vergunning zou een afdoende afschrikwekkende werking uitgaan. Het kabinet is het op dit punt dan ook niet volledig met de Raad eens. Toch zal het kabinet bezien of in noodsituaties het wegsturen van de Raad van Commissarissen een minder drastische en effectievere route is dan intrekking van de exploitatievergunning.
De aanvullende adviezen zal het kabinet overnemen.
Het advies is vooral door de politiek met belangstelling ontvangen. De Raad heeft het advies bij de grote fracties in de Kamer toegelicht. Tevens heeft de Raad op verzoek een presentatie gegeven in de gemeenteraad van Amsterdam. Amsterdam is na het rijk de belangrijkste aandeelhouder in de luchthaven Schiphol.
Voor de privatisering van Schiphol bestaat in de pers veel belangstelling. Onder meer in de vorm van interviews met leden van de Raad is in de pers veel aandacht besteed aan het advies.